Dit paar koopmanshuizen, resp. 8,40 en 8,48 breed is omstreeks 1728 gebouwd voor Arent Bosch (1694-1769), die voor 416 reeds een stal aan de Prinsengracht gekocht heeft (plus vier woningen).

Ze hebben samen een rechte kroonlijst, waaronder acht consoles met tussenlichten en waarboven een balustrade met vier siervazen en twee middenstukken, één midden en twee hoekpilasters, voor elk een stoep, die samen een dubbele stoep vormen.

De huizen Keizersgracht 414 - 416 zijn tussen 1630 en 1632 als tweelingpanden gebouwd op drie erven, die in 1616 na de derde uitleg van de stad voor bebouwing zijn uitgegeven.

De opdrachtgever en eerste eigenaar is Wessel Becker (ca.1576-1645), een koopman uit Riga.

Leden van de familie Becker zijn tot 1728 eigenaar van beide panden geweest. Dit huis is bewoond door de familie Becker, Keizersgracht 414 wordt dan verhuurd.

Van Herman Becker (1617-1678) is een inventarisbeschrijving uit 1678 bewaard gebleven. Daaruit blijkt dat hij een rijke schilderijenverzameling heeft opgebouwd, doordat Herman Becker in zijn rol als geldschieter verscheidene schilders, waaronder Rembrandt van Rijn aan zich weet te binden.

Bij de inventarisatie zijn er 14 stukken van Rembrandt, naast werken van Rubens, de Moucheron, Lievens en Jacob Ruysdael.

In 1728 koopt de koopman Arent Bosch (1694-1769) de beide panden. Bosch vervangt de drie topgevels door twee lijstgevels met een fraaie balustrade, zoals ook te zien is op de tekening van Caspar Philips. Deze top is later versoberd naar de huidige vorm. De interieurs van beide huizen worden geheel vernieuwd: de gestucte gang van dit huis dateert uit die tijd. Verder vergroot Arent Bosch de achterhuizen. 

De zaal is nu is nog zoals deze door Arent Bosch is ingericht, vrijwel geheel in de kleur geel. Een canapé en twaalf fauteuils, geschilderd en verguld, met gele zijden damasten ruggen en zittingen en 6 bijpassende stoelen, vergulde penanttafels met blauw marmeren bladen en daarboven twee damspiegels met vergulde lijsten.